juli 2019 Deel 3: The Wine route – second leg - Reisverslag uit Kaapstad, Zuid-Afrika van Inge en Pieter Heijnen-van Jaarsveld - WaarBenJij.nu juli 2019 Deel 3: The Wine route – second leg - Reisverslag uit Kaapstad, Zuid-Afrika van Inge en Pieter Heijnen-van Jaarsveld - WaarBenJij.nu

juli 2019 Deel 3: The Wine route – second leg

Door: Inge en Pieter

Blijf op de hoogte en volg Inge en Pieter

15 Oktober 2020 | Zuid-Afrika, Kaapstad

Rondreis Zuid-Afrika : 4 juli 2019 – 8 augustus 2019
Deel 3: The Wine route – second leg

Woensdag 24 juli
Het miezert, maar het zonnetje doet zijn best. Na het ontbijt rijden we naar Muizenberg beach. Bekend om zijn gekleurde strandhuisjes. Geel, blauw, rood en groen – een vrolijke boel. De kinderen willen uiteraard over het strand lopen, met de voetjes in de branding. Dat gaat zoals verwacht niet helemaal goed – maar ze hebben lol. Er zijn surfers in het water en menigeen is aan het oefenen. Ik neem foto’s en verzamel een paar schelpen. We kijken even binnen bij de Shark Watch. Dan rijden we een klein stukje naar Rhodes cottage. Genoemd naar Cecil John Rhodes – een omstreden persoon – politicus en zakenman. Oprichter van De Beers en naamgever van Rhodesia. Een man met visie en invloed. Op 49-jarige leeftijd overleed hij in 1902 in dit huisje in Muizenberg. Hij is begraven in Matopos Hills in Zimbabwe. Het museum hier wordt gerund door vrijwilligers, wij treffen een oudere man die met veel passie verteld. Na dit indrukwekkende bezoek gaan we verder. De weg gaat langs de kust, er staan prachtige huizen. Via Muizenberg, St James naar Fish Hoek. Het is allemaal aan elkaar vast gegroeid.
We hebben een officieel bod op ons huis van R620.000. Dat moet geprint en getekend worden, want wij denken dat het niet beter wordt. Fishhoek heeft een Postnet – hopelijk lukt het daar. Ze kunnen printen en scannen, maar hebben geen Vodacom bereik; de recente storm heeft die toren beschadigd. Het lukt niet. Snel boodschappen en dan verder. We stoppen bij de Scratch Patch aan de rand van Simon’s Town. De meiden maken al de hele dag ruzie en zijn al meerdere malen gewaarschuwd. Nu hebben ze weer ruzie – wij zijn er klaar mee. Terug de camper in, geen steentjes zoeken. Ze zijn er niet blij mee – een harde les, hopelijk onthouden ze die. Simon’s Town heeft meerdere musea. Het is de basis van de marine van ZA, we stoppen bij het Naval museum. We laten de kinderen even zitten, maar dan gaat Pieter ze toch halen. Het is een leuk museum, modellen van schepen, de insignes. De meiden zijn onder de indruk van de morse-code. De volgende zaal is een kapel en beneden zijn torpedo’s te zien. Een heli, oude brandweerauto en een onderzeeër. Op het eind was er een simulator – de kinderen vinden het prachtig. We rijden naar Boulders beach. Parkeren voor bussen is een stukje verder lopen. Met de Wild card mogen we er zo in. Het is koud en winderig, de pinguïns zitten op het land beschut tussen de bosjes. Een grote groep zit hoog op het strand, een enkeling gaat het water in. We zien jonge pinguïns – nog helemaal onder het dons en juvenielen met hun grijze vacht. Na 1-2 jaar worden ze pas zwart-wit. Het is er druk, tot het begint met regenen. We gaan terug naar de camper, tijd om de camping op te zoeken. Miller’s Point lig een paar km verder naar het zuiden. Maar we mogen er niet in zonder boeking! Alhoewel er plek zat is. We rijden terug. Het is even zoeken, maar dan komen we uit bij Froggy Pond. Daar zijn we welkom en zijn ze behulpzaam. De camping is op verschillende terrassen en we moeten omhoog. Als we staan, kunnen ze helpen met printen. We gaan op tijd eten met noodles, wortels en kipknakworstjes. Toetje en afwas. Iedereen onder de douche en haren wassen. Daarna nog warme chocomel en een stukje chocolade voor de meiden. Inmiddels is het al na achten – slaaptijd. Een stukje schrijven. We hebben mooi zicht op de lichtjes langs de hele False Bay.

Donderdag 25 juli
Om kwart over 7 doe ik het gordijn naar beneden, het ochtendgloren is te zien. De zon komt pas om 7.44u op, helaas achter de bergen en wolken. Na het ontbijt gaat Pieter met de meiden naar de receptie om papieren (verkoop huis) te scannen en mailen. We accepteren het bod van R620.000 op ons huis. Daarna de afwas en op pad. Het is bewolkt, we rijden verder naar het zuiden over de M4 en slaan dan af naar Cape Point Park. Fynbos, rotsig – toendra-achtig. Het is een mooie route en het zonnetje komt af en toe te voorschijn. We gaan eerst naar Cape Point. We gaan met de funicular (treintje) omhoog naar de oude vuurtoren. Het is druk, het laatste stukje met de trappen. Het waait boven op de punt. Naar het oosten kijk je False Bay in, naar het westen zie je Kaap de Goede Hoop, en een regenboog. De regenboog is eerst heel vaag maar wordt steeds beter zichtbaar. We lopen iets naar beneden en dan kun je ook de huidige vuurtoren zien, die nog verder op het puntje staat. De nieuwe vuurtoren is maar een klein dingetje, maar er zit wel een moderne en sterke lamp in. Een kijkje in het winkeltje – waar ik nog een paar mooie kaarten vind. Dan met de funicular naar beneden. Ook daar kijken we even rond in het winkeltje. Als we buiten komen, wordt een brutale baviaan nog weggejaagd door een beveiliger. Dan rijden we naar Kaap de Goede Hoop. Hier lijkt het nog meer te waaien, er staat een prachtige regenboog. In de rij voor de foto’s bij het bordje. Tegenwoordig zijn beide bordjes in het engels. Later zie ik dat Lisa er voor is gaan staan – jammer. Dan nog even klimmen over de rotsen, oppassen je waait bijna weg. Een paar 100m terug is een parkeerplaatsje bij ‘pappiesbank’, een mooi plekje voor de late lunch. En natuurlijk een foto, de meiden hadden net de jas en trui uitgedaan, dus even snel in T-shirt; dat oogt lekker zomers! Wat drinken en een rusk en dan rijden we verder, het park uit. De M65 gaat voor een deel nog door natuurgebied – eerst middendoor en dan langs de kust. We rijden via Kommetjie en zien de witte Slangkop vuurtoren. Dan buigt de weg weer landinwaarts. Bij Sunnydale wordt volop gebouwd, we herkennen het niet meer. De M6 brengt ons naar Noordhoek, inmiddels is het weer omgeslagen naar miezer. We vinden Chapmans Peak Caravan Park. Het is ook een boerderij, de ganzen en eenden lopen vrij rond. De speeltuin is een vrolijke bende – de kinderen vinden het leuk en gaan even rennen, spelen en luchten. Na een half uur komen ze terug. Het wordt nu echt te nat. We rijden een klein stukje naar Cape Point Vineyards, feitelijk is het aan de overkant van de straat. Helaas, ze zijn voor vandaag al gestopt met wijnproeven terwijl het pas half vier is, niet zoals op de website staat. Straks hebben ze een markt. We besluiten terug te lopen naar de camper en daar te wachten. De meiden kunnen vast iets drinken en wat biltong snoepen. Ik ga achterin lezen en Pieter helpt, vooral Julia, met de nieuwe houten bouwsets. Ze maken een bloem en een giraf. Na een uurtje houdt de regen op en breekt een klein zonnetje door, precies Noordhoek in het licht. De wijngaard is tegen de achterkant van de Tafelberg, op de helling, we hebben een prachtig uitzicht. De markt is klein, maar intiem. Vanwege de regen is het binnen en lekker warm. We lopen langs de kraampjes, een paar kunstdingen en eten, pizza, sushi, Indisch, vegan, chocolade, donuts, cupcakes. Het ziet er heerlijk uit. Ik neem een pizza met vijgen en brie, Pieter sushi en de meiden een kaasbroodje en daarna een cupcake en donuts. Pieter en ik delen een vegan wrap. We nemen er een glaasje wijn bij, uiteindelijk proeven we vier wijnen; 2 van Cape Point Vineyards en twee van CapeTown Wine Co – druiven uit de regio en de wijn gemaakt bij CapePoint. Het is kleinschalig en erg ontspannen. We gaan pas om 8 uur weg en dan gaan de kinderen ook gelijk naar bed.

Vrijdag 26 juli
De zon schijnt als we wakker worden! Nog wat laaghangende wolkjes, maar die worden snel weggedreven. Ontbijt, afwas en inpakken. Pieter wil graag Chapman’s Peak rijden en die route begint slechts 500m verderop. Maar ……. je mag alleen van Zuid naar Noord als je maximaal 2,1m breed bent en wij zijn 2,3m en dan hangt er ook nog een paal op de maximale hoogte van 2,5m en wij zijn hoger. Shit – dit gaat niet lukken. Blijkbaar mag van Noord naar Zuid wel. We gaan het proberen – en nemen de M64 – de Ou Kaapse weg – door het Silvermine Reserve. Dan gaan we naar beneden, en ligt Kaapstad voor ons. We nemen de M42 en rijden zo langs de zijkant van de Tafelberg naar Constantia. De M41 en dan M63 naar Houtbaai – herkenbaar; dit is waar we in 2015 hebben gelogeerd. En ja hoor. Vanaf deze kant mag je wel Chapman’s Peak Drive rijden. De weg is aan de bergkant net iets breder dan aan de zeekant. Je hebt een prachtig zicht op de baai. Ik ontdek het luipaardbeeld op een rots, dat heel erg bekend is maar die we de vorige keer niet konden vinden. Bij de doorgang van Chapman’s Peak is het druk – geen plek voor ons om te stoppen. Dan ben je de baai uit en ligt de zee voor ons, het lijkt wat minder zonnig en helder. We besluiten om om te draaien – uiteindelijk willen we verder naar het noorden. Gelukkig gaat het goed. We stoppen nog een keertje voor foto’s – er zijn voldoende parkeerplekjes. Door om te draaien moeten we dubbel tol betalen, maar dat was het wel waard. We nemen de M6 verder langs de kust. Langs de 12 apostelen van Camps Bay. We stoppen daar bij het strand – de kinderen willen dolgraag uitwaaien en met de voeten in het zand. Liefst in de zee en ze worden weer nat ondanks hoog opgestroopte broekspijpen. Het is aangenaam beschut in de baai en met prachtig weer. We lopen heen en weer over het kleine strand, het water is erg koud. Toch is de lol om naar de zee te lopen en weg te hollen voor de golf. De grootste lol als dat niet helemaal lukt. Mama wordt meegetrokken naar de zee, natte voeten maar niet zo nat als de kleine meiden. Tijd om verder te rijden langs de kust. Pieter rijdt langs de kleine vuurtoren van Sea Point en dan rijden we ook langs Green Point Stadium. We komen langs het Victoria & Albert Waterfront en gaan de drukte in van het Capetown traffic. We moeten een stukje over de snelweg met alle fly-overs en knooppunten, dan eraf en iets terug naar het centrum. We zien mensen parkeren op het grote plein en er is nog plek. Helaas alleen voor vergunninghouders van de gemeente. Maar er schijnt een parkeerplaats om de hoek te zijn: inderdaad net binnen de buitenste wal van het kasteel, bewaakt door een militair, maar we mogen er gratis(!) parkeren als we het kasteel bezoeken. ‘Kasteel de Goede Hoop’ is eigenlijk een stervormig fort. Een gracht, een wal en dan een hoge muur met kanonnen en daar binnen een heel dorp met meerdere gebouwen. We lopen eerst rond hoog over de binnenste verdedigingsmuur en gaan dan naar beneden en bekijken de diverse gebouwen. Tegenwoordig is het grootste deel dicht. Vroeger was er een bakker, slager, gevangenis, legerbasis, huis van de gouverneur en de huisvesting voor de manschappen. Ik ben verbaasd over hoe groot het is. In het middelste blok zijn de kamers ingericht met oude meubels en is er een kunstuitstalling. In de achtergrond staat de Tafelberg, vol in de zon, geen tafelkleed – geen wolkje te zien. Als we zijn uitgekeken lopen we door de hoofdpoort naar buiten en steken over naar het plein – de Grand Parade. Daaraan ligt de Town Hall, een prachtig statig gebouw. Op het balkon staat een beeld van Nelson Mandela – vanaf deze plek sprak hij de mensenmenigte toe na zijn vrijlating in februari 1991. Terug bij de camper drinken we wat en eten iets, het is 3 uur – tijd om de vrijdag spits voor te zijn. We rijden de R27 langs de kust. We slaan even af bij Woodbridge Island. We hebben een vuurtoren gezien en je hebt vanaf de brug een mooi zicht op de Tafelberg. We rijden langs het Rietvlei natuurgebied – ineens houdt de stad op. En dan zijn we in Bloubergstrand. Dit is de plek die bekend staat om zijn uitzicht op de Tafelberg en Robbeneiland. Een snelle fotostop aan het strand – zee en de Tafelberg. Daarna volgt Blauwberg natuurgebied en dan zijn we bij Melkbosstrand. De dichts bijzijnde camping ten noorden van Kaapstad – Ou skip. We doen nog een was en de kinderen maken vriendjes met het iets oudere buurmeisje. Eerst in de speeltuin, maar daarna rondrennen over de camping. Wij pakken de computer en proberen de verhuizing van de Bushlapa te regelen – maar de uploads werken niet. We gaan pas laat koken; bloemkool met kaassaus. Het is bijna 9 uur voordat de meiden gaan slapen.

Zaterdag 27 juli
Gisteren ging het olielampje van de Iveco knipperen. Bij het tankstation bleek dat er voldoende olie in zit. Een belletje naar Maui hielp niet echt, behalve het advies om naar de Iveco dealer te gaan. Niet meer gistermiddag na vieren, dus het moet vandaag. De kinderen willen heel graag spelen bij de buren, maar die zijn om 9 uur nog niet aangekleed. Ze zijn boos als wij toch willen gaan. Het is bewolkt, heel even lijkt er een zonnetje te zijn, maar dan rijden we een dikke grijze wolk/mistbank in. Niks nie uitzig nie. We moeten naar Brackenfell – gelukkig weet Garmin het zo te vinden en is het min of meer op de route naar Stellenbosch. We komen zonder afspraak, maar ze kunnen helpen. Het kost wel ruim een uur. Bij de vorige beurt zijn ze vergeten de computer te resetten, er is dus eigenlijk geen probleem. Ze resetten de beurtteller voor ons. Ondertussen belt Pieter met Pete en Andy. Gisteren belde Hi-Tech – ze hebben ‘ingebroken’ bij ons huis in Barberton. Aan de buitenzijde zijn de koperen waterleidingen weggehaald en afgebroken. En dat terwijl het huis vandaag betaald is. Wij zijn nog verantwoordelijk voor de reparatie. Peter Wilson is gisteren vast gaan kijken en vandaag met Andy – hij kan het op korte termijn repareren. Gelukkig, maar toch zonde. Dan ook weer verder, Garmin weet de weg, via een aantal kleinere wegen komen we in Stellenbosch. We parkeren en kopen een plattegrond bij de Toerist info. Tijd voor een rondje lopen door Stellenbosch. We beginnen bij Oom Samie se Winkel; een grutter met van alles en nog wat, die al jaren naam maakt in Stellenbosch. Meer een attractie dan iets anders. We vinden er nog een leuk boekje over de Afrikaanse taal. We lopen over de Dorpsstraat – het zonnetje komt toch door. Witte huizen, Kaapse gevels en winterse bomen. Een mooie stad, ik snap dat mensen hier willen wonen. We zien de statige Theologie faculteit van de Universiteit van Stellenbosch en de grote NG ‘moederkerk’. Een blokje verder is het ‘village museum’. Het zijn een viertal huizen, allemaal ingericht. Het eerste ‘Schreudershuis’ is waarschijnlijk het oudste huis van Stellenbosch. Basaal maar netjes, de volgende huizen (Blettermanhuis, Grosvenor house, Berg huis) worden steeds luxer met houten vloeren, een tweede verdieping, behang, foto’s aan de muur en zelfs een badkamer met douche. Bij elk huis worden we door een gastvrouw welkom geheten. Erg leuk (zie ook www.stelmus.co.za). Dan moeten we een toilet zoeken voor Lisa en is het ook tijd om iets te eten. Pieter vindt een terrasje en ik zie ernaast een Tsonga winkel. Ze hebben vergelijkbare schoenen als ik nu graag draag, maar uiteindelijk vind ik een lager model, mooier en fijner zitten. Ze zijn al in de winter-uitverkoop – verkocht!
We gaan even zitten om te drinken met een klein hapje – pizza hawaii, driekleurige falafel en kippenstrips – voor ieder wat. Pieter legt de aankopen in de camper en dan wandelen we nog een rondje om het plein; een paar kerken, de drostdij en het kruithuis. De camping – Mountain Breeze – is net ten zuiden van de stad. We melden ons en zoeken een plekje onder de hoge dennenbomen. De meiden mogen een kwartiertje spelen en dan rijden we naar Peter Falke Winery. Het is naast de camping, maar je moet buitenom rijden. Peter Falke heeft zijn fortuin verdient met sokken. In 1995 heeft hij deze winefarm (Groenvlei) gekocht – hij was het beu om steeds te betalen voor hotels en wijn. De entree is een typisch Kaap-Hollands gebouw, dan is er een terras en nog een terras tussen de wijngaarden. Ze zijn langer open dan de meesten (tot 19- ipv 17-). Buiten staan twee grote kurkentrekkers met PF. Leuk voor de kinderen om in te klimmen. Wij zitten op het bovenste proefterras. We proeven 6 verschillende wijnen en snoepen van het kaasplankje. Het zonnetje gaat onder en dan koelt het af. Ik kan me voorstellen dat dit in de zomer geweldig is in de late middag. We gaan terug in het donker, de meiden gelijk naar bed.

Zondag 28 juli
Het is weer gedaan met het mooie weer. We hebben geen haast vanochtend en slapen uit. De meiden kijken DVD in bed en zijn volledig ontdaan als Lettie jokt en Lollos hartje pijn doet. Dikke tranen, tijd om op te staan. Het brood is op dus het worden rusks. Met al het rustig aandoen is het al half elf. We gaan geen boodschappen meer doen maar rijden naar Blaauwklippen. Daar is op zondag een familiemarkt en hebben we afgesproken met oud-collega Salome. Het is ook de enige winefarm die we (de Van Jtjes) in 1994 bezochten en waar T+N destijds wijn van kochten. We lopen vast een beetje over het marktje, het is koud en somber. Ik schuim door een bak met oude munten en we lopen langs een paar kraampjes. Salome is, zoals altijd, aan de late kant. Het is fijn haar te zien, we kopen koffie en wat lekkers en gaan bijkletsen. Ze heeft een fijne reis gehad door Zuid-Amerika, maar haar relatie heeft het niet overleefd. Ze werkt nu als locum en begint haar draai te vinden. De meiden vinden al dat geklets maar saai en mogen een sand-art gaan maken. Ik krijg het koud van stil zitten; we lopen een stukje over de markt – ik koop nog een nieuwe trui en poncho en een bolero voor Julia. Dan lopen we naar de proeverij – want je als je bij Blaauwklippen bent moet je natuurlijk de wijn proeven. Ik kies voor de wijn en chocolade proeverij en Pieter en Salome de gewone – dan mag je zelf kiezen welke wijn. Bij mij staat het vast en blijkt er ook brandewijn en een aperitief tussen te zitten. De platter is zo duur dat we het niet nemen, de meiden krijgen een picknick box met een pasteitje, yoghurt, sap en mini-brownie. Onze serveerster is niet heel attent en verteld bij elke wijn een vast verhaaltje. Dat valt op bij 3 mensen met soms dezelfde wijn maar op een ander moment. De wijn is lekker maar springt er nu niet echt uit. De aperitief is erg lekker, maar daar is de prijs ook naar. Als de wijn op is gaat Salome met J+L de geiten voeren. Een dikke knuffel en tijd om afscheid te nemen, het is al drie uur. We rijden naar het centrum van Stellenbosch en zoeken de campus van de universiteit op. Karien heeft in 2010/2011 een semester gestudeerd aan “Stellies”. Prachtige gebouwen, alles ruim, maar wel echt een campus. We dwalen een beetje – op zondag is het rustig. We vinden het oude hoofdgebouw, een mooie bibliotheek en aan die westelijke kant ook het opvoedkundegebouw. Een Whatsapp leert dat Tannie Tien inderdaad daar les heeft gehad. Via de natuurwetenschappen komen we bij een groen plein met beelden van vrouwen in een kring, genaamd Die kring – The circle. Er staan overal betonnen bankjes – met allerlei spreuken. Iets verder is een modern plein/arena met trappen en een bruggetje. Lisa moet plassen en gaat met Pieter naar de camper. We staan geparkeerd tegenover de ingang van de Botanische tuin en lopen daar nog een rondje door. Een kleine waterpartij, smalle paadjes. Verderop nog allerlei kassen. In het winkeltje vind ik nog een leuk kleurboek over fynbos bloemen en planten. Met je entree kaartje krijg je korting. We waren van plan om bij Tokara te gaan wijn proeven, maar dat halen we niet meer. We rijden via de Helshoogtepas, de R310 richting Franschhoek. Daar draaien we de R45 op. Ondertussen hebben we via een snelle Google zoektocht geleerd dat een enkele wijnboerderij tot 6 uur open is. O.a. Solms Delta, een klein bedrijf, voor ons en menigeen onbekend. Het klopt dat ze open zijn en we worden hartelijk ontvangen. Inge de 4 basiswijnen en Pieter de 4 duurdere – maar we proeven natuurlijk van elkaars wijnen. Blijkbaar staat de wijn ‘Africana’ in het boek met ‘1001 wines you must try before you die’. Nou, wij hebben hem geproefd. De meiden krijgen een glaasje ananas-prik en babbelen over alles met de twee man personeel. De shiraz is een lekkere alledaagse fles, daar nemen we er een van mee. Op de winefarm hebben ze ook een koor. Pieter koopt de CD en ik vind een klein kaasplankje on-the-go met lokale kaas van Dalewood. Dan is het nog een klein stukje naar de camping Hollandsche Molen. Bijna donker, bewolkt en de wind neemt toe. Het is een grote camping met wel 4 zwembaden (met lokaal rivierwater). Toch staat er maar één andere caravan. We eten soep en de meiden een koude pizzapunt erbij en wij brood. Afwas en allemaal douchen en haren wassen. De wind is flink en het begint weer te regenen.

Maandag 29 juli
Het is bewolkt, maar droog. We doen het rustig aan en gaan dan naar het Franschhoek Motor Museum. Goede beveiliging van het estate, maar rustig bij het museum. Er staan oude auto’s in 4 verschillende schuren, blijkbaar is de hele collectie 3x zo groot en wisselen ze elke 6 maanden. Het is een bijzondere collectie van oud tot nieuw, allemaal blinkend. De oudste is een A Ford uit 1912. Bij elke auto staat een korte uitleg, waarom hij bijzonder is. Heel oud, een vernieuwing, een van heel weinig, etc. ~ soms interessant en grappig. De oude auto’s vinden wij het mooist, in de laatste hal staan auto’s van dit millennium ~ Ferrari, Jaguar, BMW, Audi. Met sommige auto’s wordt nog gereden. Bij het estate hoort ook een wijnbedrijf met 5 verschillende labels. De goedkoopste is Protea, met zijn mooie wijnflessen. Een snelle google-search leert dat ene meneer Antonij Rupert hier achter zit en hij heeft nog veel meer enorme bedrijven ~ een multi-biljonair!! We rijden naar Babylonstoren, een bekende naam. Een wijn bedrijf met een diverse bedrijvigheid. Ze proberen zo groen mogelijk te zijn en verbouwen niet alleen druiven, maar ook olijven en andere vruchten. Er is ook een eigen slager, bakker en kaasboer. Het restaurant Babel kent een wachttijd van diverse maanden. We kunnen direct aansluiten bij de rondleiding van 12 uur. Ze laten de olijven en de olijvenpers zien en de wijnkelder. We eindigen in het glazen proeflokaal. Tussen alle bedrijven door ben ik nog een beetje heen en weer aan het appen met Elmi (in Barberton) en Nelly (in Nijmegen). De anderen op de tour waren een Nederlands studentenstel. We gaan samen aan een tafel zitten en raken aan de praat. We krijgen 5 wijnen te proeven, veelal blends. Ze verkopen hun wijn alleen hier en niet aan de wijnhandelaars/supermarkten. De prijzen beginnen al boven de R100 per fles en lopen stevig op. Zelf zijn ze het meest trots op de ‘Nebukadnesar’, een blend van 5 druiven, vanaf R540 per fles. We proeven hem als extra – ik vind hem niet zoveel geld waard. Het vega-plankje heeft gekleurde radijsjes, noten, fruit en kaasjes. Vooral mooi gepresenteerd, de kinderen vervelen zich – geen kinderwijn of leuke aandacht. Na de proeverij lopen we naar de overkant, daar hebben ze sapjes en zeep. Een wandeling door de tuinen – kruiden, vruchten en groente. Het is winter – maar toch wel leuk. Bij de winkel kopen we soep, brood, veganfudge en een stukje witte chocolade met olijven en pistachenootjes (een bijzondere combi). Het is inmiddels al bijna half 5. We rijden naar Boschendal – een van de oudere wijnbedrijven. Volgens de website tot 6 uur open, maar als we er zijn is het museum en de wijnproeverij al gesloten. De mensen van de deli halen ons over om toch te blijven, als we eenmaal zitten blijkt de keuken gesloten en pas om 6 uur open te gaan. Wat een slechte bedoening. We nemen elk een karafje wijn en het plankje, de kinderen vinden de extra brownie het lekkerst. Voor zo’n grote naam echt een tegenvaller. Op de weg naar de camping valt Lisa in slaap, met Julia eten we nog een toetje en ze probeert een rekensom met Pieter. Lisa wordt wakker en wil ook nog een toetje. Daarna is het bedtijd voor de meiden. De wind neemt weer toe en het regent flink vannacht.

Dinsdag 30 juli
Het heeft bijna de hele nacht geregend, de camping is drassig met overal plassen. Pieter en Lisa staan als eerste op, als Julia en ik naar de badkamer willen, lukt dat niet. Het hek gaat niet meer open. Gelukkig wel bij de andere badkamer, maar er is geen licht en amper waterdruk. Pieter gaat navraag doen en inderdaad de hele vallei zit zonder stroom. Ontbijten, provisorisch afwassen in de camper en ouderwets water koken in de pan voor de koffie. Het blijft miezeren/regenen en grijs bewolkt. We rijden toch naar Franschhoek dorp. Veel winefarms onderweg en restaurantjes en boutiques in het dorp. We gaan naar het Hugenoten memorial museum. Het regent flink en er komt een flinke stroom naar beneden van de helling/bergen over de weg. We rennen naar het bijgebouw waar je kaartjes moet kopen. Het is voor een deel in het Frans. Dan naar het mooie gebouw aan de overkant – dit is een veel duidelijkere tentoonstelling. Het gaat over de Franse protestanten – de Hugenoten. Frankrijk was overwegend katholiek. In 1598 tekende koning Henry (Hendrik) IV het ‘edict van Nantes’ een document waarin protestanten de vrijheid van geloof krijgen. Echter in 1685 zegt koning Louis XIV (de kleinzoon van Henry IV) dat het document ongeldig is (edict van Fontainebleau), er komt een heksenjacht op gang tegen de protestanten – vele vluchten. Een grote groep gaat naar het protestante Nederland. Ondertussen heeft Van der Stel om versterking gevraagd, mensen om het land te bewerken en ‘de VOC’ te verdedigen. In 1668/69 gaan 180 Hugenoten naar de Kaap. Een groep van ± 300 zullen zich in de volgende jaren vestigen in het huidige Franschhoek. 250 Jaar later is er een groot monument gebouwd, vol symboliek. Dat staat naast het museum. Het is even droog als we erheen lopen.
Terug bij het museum zien we dat in het gebouw ernaast een parfummuseum zit. Veel flesjes en nog verrassend informatief. Net buiten het dorp is Leopard’s Leap. We kennen het merk, en je kunt niet in Franschhoek zijn en geen wijn proeven… Ze verbouwen niet hun eigen druiven, maar maken wel de wijn. Het is een modern, zeer ruim proeflokaal en we zijn de enigen. We nemen plaats bij de open haard. De kinderen krijgen een heel doe-boekje met luipaard-activiteiten. Buiten staat een groot metalen beeld van een luipaard op een hoge tak – net zoals op de ‘lookout’ wijnen. Ik proef de culinaria reeks en Pieter de normale – maar uiteraard steken we over. De dame die de wijn schenkt praat met passie en kennis. Lekker en betaalbaar, we kopen nog 2 flessen.
Die middag hebben nog contact met Nelly – zij is wezen kijken bij een huis in Malden (Wieken 70). Het is een redelijke starterwoning. Zelf snuffelen we nog even in het winkeltje – dat is wel aan de prijs. Het is uitverkoop en we zwichten voor een set placemats en twee mooie kaarten. We rijden terug over de R301 en dan de N1. De route gaat door het Hawequas nature reserve en de bergen. Met tol rij je door de 4 km lange Hugenoten tunnel. De kinderen vinden het fantastisch en o zo lang. Via deze tunnel komen in een andere regio en zo komen we aan het einde van de Wine Route.

https://photos.app.goo.gl/n1i1B181ftjjxG1z5

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Inge en Pieter

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 65
Totaal aantal bezoekers 73502

Voorgaande reizen:

01 Januari 2020 - 01 Januari 2050

zeebje in Cuijk

25 Augustus 2011 - 01 April 2014

wonen en werken in Hlabisa

27 December 2009 - 16 Januari 2010

kleurig India

11 November 2008 - 14 December 2008

afwisselend Suriname

23 Augustus 2007 - 08 Januari 2008

co-schap in Techiman

01 April 2014 - 30 November -0001

wonen en werken in Barberton

Landen bezocht: